| | | |
Bouwtekeningen MBS-lijn Venlo - Nijmegen |
Op deze pagina vindt u het (bijna) volledige overzicht van de sporenplannen in de 63 km lange MBS-lijn in originele bouwtekeningen. Het uitgangspunt vormen de bouwtekeningen uit 1912. Ze worden gevolgd door bouwtekeningen van latere wijzigingen (voor zover in archieven teruggevonden). Bronnen: Nationaal Archief, 's- Gravenhage Regionaal Historisch Centrum Limburg, Maastricht. |
1912 Het volledige lengteprofiel in vier afbeeldingen. |
1912 Venlo. Bovenaan station Venlo, daaronder remise en spoor van de VTS (Venlo - Tegelen - Steyl) In rood de geprojecteerde ligging van de MBS. Bij de aanleg in 1913 zou het emplacement dichter bij de Kaldenkircherweg komen te liggen dan op deze tekening. |
1913 Uiteindeliijk zou het zo worden aangelegd: een spoor in het remisegebouw, een tweede ernaast aan de goederenoverslag. Het bovenste spoor bood de mogelijkheid van overslag naar/van het grootspoor (SS/NS - zwarte lijn). |
1930 Venlo. In 1929 nam de MBS de tramlijn Venlo-Maasbree-Helden-Beringen (VMH) over. Omdat hierdoor het tramverkeer bij station Venlo zou toenemen werd het emplacement uitgebreid met wat korte sporen en wissels en een tweede overslagspoor langs een goederenlijn van de SS/NS |
1912 Venlo. Van links naar rechts: de Keulsche Poort met een kruising van de MBS-lijn met de Cöln-Mindener spoorweg, een geprojecteerde splitsing die (voorlopig niet zou worden aangelegd) en het spoor in de zuidelijke berm van de Hamburgersingel (nu: Deken van Oppensingel). |
1930 Venlo. Na overname van de VMH legde de MBS een verbindingsspoor tussen beide bedrijven. Rood is de oorspronkelijke lijn naar Gennep, groen is het verbindindingsspoor: vanaf de Keulsche Poort door de Spoorstraat tot aan de dijk van de Spoorwegen, langzaam opklimmend tot over de Roermondse Poort. |
1930 Venlo. Groen: het vervolg van het verbindingsspoor. Geel, het emplacement, tevens eindstation ,van de VMH aan de voet van de Maasbrug (rechtsboven) |
1912 Venlo. De boog van de Hamburgersingel naar de Goltziusstraat. De kolenberg ligt bij station Venlo Cöln Minden. |
1912 Venlo. Boog van Goltziusstraat naar Moerdijkstraat (nu: Martinusstraat), bij de Rijks HBS. |
1925 Venlo. Om overslag van bulkgoederen op/van schepen mogelijk te maken liet de MBS in 1925 een "havenspoor" ontwerpen. Een jaar later was hij in bedrijf. Rechts, op de Maaskade, waar een elektrische kraan stond, kwam een omloopspoor. Links (rood) is de oorspronkelijk lijn naar Gennep bij de HBS. De gestippelde lijn is een (nooit aangelegde) aansluiting naar de gemeentelijke gasfabriek. |
1926 Venlo. Een jaar later werd het raccordement Maaskade uitgebreid met een lang opstelspoor. |
1912 Venlo. Wisselspoor in Geldernsche weg, afbuiging naar Veldensche weg. |
1912 Venlo. Bij 16a Halte Dominicanen klooster, later Albertushof, met een wisselspoor. Bij 20 de Hakkenberg. Hier was de stijging in de Rijksweg te groot voor de tram; reden waarom de tramlijn in een ingraving kwam een meter of tien van de weg af. |
1912 Venlo. Bouwtekening van halte Dominicanenklooster aan de zuidzijde (links) van de weg naar het Genooij. Te zien is een wisselspoor met een zijspoor voor kolenvervoer (paardentractie) naar het klooster. |
1913 Een nieuwe tekening uit 1913 doet vermoeden dat de wisselplaats Dominicanenklooster in vergelijking met de vorige tekening uiteindelijk meer naar 't noorden (naar rechts) is aangelegd. |
1939 Venlo. Halte Albertushof. In de jaren dertig werden aan weerszijden van de Rijksweg in de berm (Rijksgrond) fietspaden aangelegd. Maar omdat het bij de emplacementen van de MBS lasting was (geen ruimte) werd daar de aanleg uitgesteld. Pas in 1939 werd voor alle emplacementen een definitieve oplossing gevonden, die meestal gepaard ging met ruilen of aankopen van grond. Op deze (en verschillende volgende) tekeningen is het aan te leggen fietspad rood gekleurd en de tramlijn geel, |
1912 Velden. Halte, wisselspoor met extra wisselverbinding; links een losweg. Zo althans werd het in 1912 getekend. |
1913 Een nieuwe tekening uit 1913 geeft aan dat het wisselspoor iets naar het zuiden werd verschoven en bovendien iets korter werd, met een kopspoor aan de losweg. |
1939 Velden. Bij de aanleg van het fietspad bleef de sporensituatie ongewijzigd. |
1912 Velden. Halte Hasselt-Velden met wisselspoor. |
1922 Velden. Tien jaar na aanleg van de Halte Hasselt-Velden werd een tekening gemaakt voor de verplaatsing van het emplacement van de noordzijde naar de zuidzijde van de weg naar het gehucht Hasselt. Het is de vraag of deze verandering toen ook is uitgevoerd. |
1939 Velden. Bij de aanleg van het fietspad was er (opnieuw?) sprake van het verleggen van het emplacement, nu vanwege gebrek aan ruimte voor het fietspad. De situatie zoals op deze tekening is aangeven is in elk geval rond 1939 gerealiseerd. |
1912 Lomm. Halte Lomm met wisselspoor. |
1913 Ook voor de halte Lomm werd in 1913 een nieuwe tekening gemaakt. De wisselplaats kwam wat zuidelijker te liggen, bij de kruising met wat nu de Kapelstraat heet. |
1939 Lomm. In Lomm werd veel mijnhout (stammetjes) op de tram gezet, richting Venlo en verder naar de mijnen in Zuid-Limburg. De MBS eiste bij de aanleg van het fietspad een groot terrein op voor de opslag van dat mijnhout. |
1912 Arcen. In de westzeelijke berm van De Schans passeert de tramlijn kasteel Arcen. |
1912 Arcen. Links het emplacement. |
1912 Arcen. Emplacement met drie sporen aan de zuidzijde van het dorp. De halte was bij café Bergh. |
1928 Arcen. Vanaf het wisselspoor bij Halte Broekhuizerveer werd in 1928 een aanluiting met brouwerij De Vriendschap (tegewoordig Hertog Jan) gerealiseerd langs en over de Kruisweg. |
1912 Arcen. Halte en omloopspoor Trappisten klooster, later Missiehuis St.Paul, weer later Klein Vink |
1912 Arcen. Halte Trappistenklooster, met zijspoor naar het klooster voor de aanvoer van kolen. |
1939 Arcen. De halte heette in 1939 Klein Vink, naar het café links op de tekening. | 1912 De Hamert. Halte en wisselspoor De Hamert, later Kanaalmond. |
1912 De Hamert. Halte, wisselspoor met extra wisselverbinding en losplaats. |
1912 De Hamert. Links de halte, in het midden Geldernsch-Niers Kanaal. |
1939 De Hamert. Ten tijde van de aanleg van het fietspad was het emplacement De Hamert vereenvoudigd: de extra wisselverbinding was verwijderd. |
1921 De Hamert. Zodra bij de Hamert rijke grindlagen waren ontdekt, begon een grinderijbedrijf met het afgraven ervan. Voor de afvoer van grind per tram werd een zijspoortje aangelegd, even ten noorden van het Geldernsch-Niers Kanaal. Het zou in 1926 nog enkele tientallen meters verder naar het noorden worden opgeschoven om de overslag tussen tram en smalspoor (zie hierna) mogelijk te maken. |
1925 De Hamert. Even ten noorden van het Geldernsch-Nierskanaal legde de Grinderij de Hamert ten behoeve van haar eigen smalspoornet (geel) een tunnel aan onder de Rijksweg en de MBS-lijn (rood) door naar een haventje aan de Maas. Voor meer informative over de grinderij en foto's van o.a. de smalspoortreintjes: http://www.industriespoor.nl/Hamert.htm |
1912 Wellerlooij. Halte De Looy met wisselspoor. |
1912 Well. Halte Well met wisselspoor en losplaats. |
1939 Well. Het emplacement lijkt in zijn geheel verplaatst naar de zuidzijde van de weg naar Well; het kopspoor van de losplaats is een doorgaand spoor geworden. |
1923 Well. Rond 1923 kreeg Well er een echte bedrijfsaansluiting bij: naar de kapokfabriek. |
1912 Aijen. Halte Aijen met wisselspoor. |
1939 Aijen. Het fietspad kwam ruim om het emplacement te liggen, zodat er nog ruimte bleef voor een veelading. Wanneer het precies gebeurd is, is niet bekend, maar het hele emplacement moet verplaatst zijn van de zuidzijde naar de nooordzijde van de weg naar Aijen. Op deze tekening uit 1939 ligt het voor de zuivelfabriek. |
?? Aijen. aansluiting Steenfabriek, later driehoek |
1912 Bergen, Halte Bergen (Quatre Bras) met wisselspoor. |
1927 Bergen. Bij het wisselspoor in Bergen werd in de jaren twintig een opslagloods van de LLTB, de Boerenbond gebouwd. Deze kreeg in 1927 een spooraansluiting. Het kopspoor aan de losweg werd tegelijkertijd opgeheven. |
1931 Bergen. Ten behoeve van een uitbreiding van de loods en de plaatsing van een persstromachine werd enkele jaren later het kopspoor enkele meters verlengd. |
1939 Bergen. Het fietspad werd achter de boerenbondloods om geleid (en zou daar tot 1986 blijven). |
1934 Bergen. In 1934/35 werd de rondweg om Afferden aangelegd. De MBS sleepte de opdracht voor zandvervoer in de wacht. Met de gemeente Bergen werd een deal gesloten om om niet de Heukelomse Berg af te graven. Hiervoor werd een tijdelijk zijspoor aangelegd. |
1912 Afferden. Halte Afferden lag tussen 131 en 132. Rechts de wisselplaats. |
1912 Emplacement Afferden. extra wisselverbinding en losweg. |
1912 Heijen. Halte en wisselspoor Heijense Molen. |
1927 Heijen-Zuid. Ook Heijen kreeg tegenover de weg naar Hommersom een Boerenbondloods, die in 1927 werd aangesloten op het tramnet. |
1939 Heijen. Ongeveer gelijk met de aanleg van het fietspad werd de Boerenbondloods bij Heijen-Zuid vergroot. Het fietspad werd, evenals in Bergen, achter het gebouw om gelegd. |
1912 Heijen. Halte en wisselspoor Heijen, aan de weg naar het Boxmeerse veer. |
1939 Heijen. In Heijen was er voldoende ruimte voor het fietspad. |
1912 Gennep. Heijenseweg, Van links naar rechts: een geprojecteerd wisselspoor, naar beneden aftakking naar de werkplaats, naar boven aftakking naar het remiseterrein, overweg met de NBDS-lijn Boxtel-Wesel, het directiegebouw van de NBDS, tevens directiegebouw van de MBS. Het sporenplan zou zo niet worden aangelegd. |
1913 Op een tekening van 1913 zien we hoe het wel werd. Halte Gennep in de Spoorstraat. Van hier vertrokken alle treinen naar Venlo of Nijmegen. |
rond 1930: Gennep. Het sporenplan op het remiseterrein, gelegen aan de westzijde van de Rijksweg. Vet = NS-spoor, dun = MBS-spoor. Een MBS-spoor steekt de Rijksweg over naar de de werkplaats en locomotiefgloodsen. |
rond 1930 Gennep. NS-station Gennep met emplacement oon de oostzijde van de Rijksweg. Het onderste spoor is van de MBS en komt van het remiseterrein af. Te zien is de halfronde loods die in gebruik was als stalling voor de locs, rechts daarvan (rechthoek) een rolbrug, die aansluiting gaf tot alle sporenvan de MBS-werkplaats (vierkant) | 1912 Gennep. Van links naar rechts: Spoorstraat, Zandstraat, Markt (halte) en Niersstraat. Om de boog bij de Markt ruim genoeg te krijgen, werd een stuk van het hoekhuis afgesneden. |
1912 Gennep. De bestaande Niersbrug was niet sterk genoeg voor de tram. Er moest een nieuwe brug gebouwd worden. Even was er tijdens de bouw nog sprake van de lijn (potloodstreep) over de Wal te laten lopen, maar dat voorstel heeft het niet gehaald. |
1912 Ottersum. Nijmeegseweg. Links de Niersbrug, onder Halte Ottersum met wisselspoor en losplaats. Vanaf de Niersbrug was de tramlijn inclusief het emplacement Ottersum plotseling aan de oostzijde van de Rijksweg geprojecteerd, met twee wegoversteken. Zo zou het uiteindelijk niet aangelegd worden. |
1912 Ottersum. Het geprojecteerde emplacement Ottersum tussen de Ottersumseweg en de (latere) Horsestraat. |
1913Tweemaal de Rijksweg oversteken was natuurlijk niet handig en men vreesde ook voor ongelukken bij de kruising met de Ottersumseweg, omdat het zicht daar door huizen belemmerd werd. De lijn bleef uiteindelijk mooi aan de westzijde van de Rijksweg. Ten behoeve van het het emplacement moest een stuk grond worden opgehoogd. Aanvankelijk kende de halte Ottersum alleen een wisselspoor. |
1939 Ottersum. Ottersum had een zeer druk emplacement. Tot laat in de nacht werd er gerangeerd. Twee kopsporen werden er in de loop der jaren aangelegd, het rechterspoor lag voor de gebouwen van de Boerenbond (waarschijnlijk 1927), het linkerspoor moet tot ver achter de gebouwen hebben doorgelopen. Voor de fietser was het geen pretje, er moesten twee schuinliggende sporen worden overgestoken, die bovendien vaak vol met goederenwagens stonden. |
1912 Milsbeek. Halte Drie Kronen met wisselspoor. |
1939 Milsbeek. Het fietspad om het emplacement Drie Kronen. |
1912 Milsbeek. Bij de aanleg kwam er (nog) geen wisselspoor. |
1939 Milsbeek. Wanneer het precies is aangelegd is niet bekend, maar in 1939 lag er in Milsbeek in elk geval een zijspoor. |
1912 Plasmolen. De geprojecteerde wisselplaats Plasmolen. Rechts boven bevindt zich de vijver van Hotel De Plasmolen. Nog tijdens de bouw in 1912 werd besloten de wisselplaats te verplaatsen. |
1912 Plasmolen. Detailtekening van het geprojecteerde emplacement. |
1939 Plasmolen. Op deze tekening is te zien hoe de sporensituatie vanaf 1913 was. Het emplacement kwam ten noorden van de vijver en bestond uit een wisselspoor een een losspoor, annex opstelplaats voor rijtuigen (op momenten dat het toeristisch verkeer naar Plasmolen hoogtijdagen vierde). |
1912 Mook. Halte Mook met wisselspoor. |
1912 Mook. Detailtekening. |
1912 Mook. Viaduct in de spoorlijn Nijmegen - Cuijk (bij 223). Het viaduct was zo smal dat de tramlijn in het wegdek werd gelegd. |
1912 Heumen. Halte Heumense Molen met wisselspoor en losplaats. |
1939 Heumen. Het ziet er naar uit dat het emplacement vóór de aanleg van het fietspad al werd aangepast. Het kopspoor is doorgetrokken, de extra wisselverbinding verwijderd. |
1912 Malden. Halte Malden met wisselspoor. |
1924 Nijmegen. Ter hooogte van de Houtlaan verscheen in 1924 een nieuwe halte, Halte Houtlaan, met een wisselspoor. |
1912 Nijmegen. Halte Hatert met wisselspoor, ter hoogte van de Van Peltlaan. |
1912 Nijmegen, St. Annastraat. Bij aanleg van de MBS-lijn lag er in de St. Annastraat, van het Keizer Karelplein tot aan de Kastanjelaan, ook al een andere tramlijn (groen), van de Gemeente Tram Nijmegen (GTN), aanvankelijk een paardentram en vanaf 1910 een elektrische tram. |
1912 Nijmegen, St. Annastraat. Situatie rond het viaduct over de spoorlijn naar Cuijk en Kleef. De MBS-tram kreeg er een eigen betonnen brug. Direct na de brug boog het spoor van de St. Annastraat weg. Hier kwam de halte St.-Anna. |
1912 Links de MBS-lijn, rechts (groen) het spoor van de GTN. |
1941 Nijmegen. Het viaduct werd in mei 1940 door het Nederlandse leger opgeblazen, waarna het tramverkeer nooodgedwongen bij de Thijmstraat (hier: Beltweg) eindigde. Begin 1941 legde de MBS een nieuwe stalen brug aan, een meter of zes ten westen van het opgeblazen viaduct, waarna de tram het station weer kon bereiken. |
1942 Nijmegen. Begin 1942 werd ook de verkeersbrug met daarin een dubbelspoor voor de GTN-tram hersteld. |
1912 Nijmegen. Het geprojecteerde remiseterrein aan de Dr. Jan Berendsstraat. Zo zou het niet worden aangelegd. |
1913. In de loop van 1913 kreeg het remiseterrein deze vorm, niet meer een soort kopstation, maar een doorgaande lijn (onder) en een emplacement met een spoor door het remisegebouw, een losweg (links boven) en een verhoogde losplaats (rechts boven). |
1922 Vanwege het toegenomen vervoer werd de losplaats vervangen door een langer, doorgaand lijnstuk. |
1941 Nijmegen. Na de aanleg van een nieuw emplacement in de Van Diemerbroeckstraat in 1936 (zie hierna), werd het remiseterrein aan de Dr. Jan Berendsstraat overbodig. In 1941 lag hier uitsluitend nog een doorgaande lijn. |
1912 Nijmegen. Van Diemerbroeckstraat. Rechts: de MBS-lijn liep onder de Graafsebrug door. In de Van Diemerbroeckstraat kwam een omloopspoor. Aan dezelfde weg lag ook de losweg van het grootspoor (SS/NS) en het emplacement van de Stoomtram Maas en Waal (M&W) (geel) die via de Hezelpoort naar Druten en Wamel reed. De M&W had een remise in de driehoek tussen de Arend Noorduijnstraat en de Vondelstraat, het spoor naar de remise kruiste dat van de MBS. |
1916 De treinen werden langer. Het wisselspoor werd te kort om de stoomlocs te laten omlopen; in 1916 werd het daarom verlengd. |
1934 Nijmegen. De situatie in de Van Diemerbroeckstraat anno 1934. Losweg en het gebied onder de afrastering was van de NS, de witte sporen waren van de Stoomtram Maas en Waal (M&W), de rood gestipppelde sporen van de MBS. De M&W kruiste de MBS-sporen drie keer, een keer naar de remise en twee keer naar de Veiling (aan de Vondelstraat). |
1936 Nijmegen. Twee jaar later was de situatie total veranderd. De MBS had M&W overgenomen, de tramdienst omgezet in busdiensten en de sporen opgebroken. Op de plek van het M&W-emplacement kwam een lang omloop-/opstelspoor met in het midden een extra wisselverbinding. Een aansluiting in de richting van het remiseterrein werd aangelegd, maar is nooit gebruikt. Het eindpunt van de lijn kwam enkele tientallen meters dichter bij het NS-station. |
1912 Nijmegen. Halte Nijmegen station. Op het Stationsplein Nijmegen kwamen drie trambedrijven bij elkaar. De GTN (groen), de M&W (geel) en de MBS (rood). De M&W en de GTN konden van elkaars sporen gebruik maken (spoorwijdte 1067 mm). De MBS had een afwijkende spoorwijdte (1000 mm). De Halte (en het eindpunt) van de MBS lag aanvankelijk bij de Stationsweg (nu: Van Schaeck Mathonsingel). |
|
|
| | | |
| | | | webmaster@maas-buurtspoorweg.nl | | | |
|
| |